Voorzitter raad van toezicht RADAR Inc. gezocht

Voorzitter raad van toezicht RADAR Inc. gezocht

RADAR Inc. is op zoek naar een voorzitter voor de raad van toezicht. Een ervaren bestuurder die zich verbonden voelt met de strijd voor gelijke behandeling en tegen discriminatie, een open en verbindende persoonlijkheid is en samen met de andere vier leden van de raad van toezicht en de directeur-bestuurder meebouwt aan een professionele organisatie en een rechtvaardige, inclusieve samenleving.

RADAR Inc.

RADAR Inc. is een non-profitorganisatie die zich sinds 1983 inzet voor het bevorderen van gelijke behandeling en het bestrijden van discriminatie. We staan midden in de samenleving en bieden een breed scala aan interventies aan. In een professionele en informele werksfeer werken betrokken specialisten van uiteenlopende disciplines met elkaar en in co-creatie met stakeholders buiten de organisatie aan onze missie. RADAR Inc. ondersteunt en versterkt burgers, overheden en organisaties bij het bestrijden van discriminatie en het vormgeven van een inclusieve samenleving. Onze kernwaarden zijn rechtvaardigheid, dichtbij en vooruitstrevend.

Raad van toezicht

De raad van toezicht van RADAR Inc. bestaat uit vijf toezichthouders met elk een expertisegebied. Grote waarde wordt gehecht aan een goede samenwerking waarin de leden vrij zijn zich uit te spreken, elkaar vertrouwen, afwijkende meningen en ideeën durven in te brengen. De raad van toezicht werkt volgens de principes van de Governancecode Sociaal werk en heeft vier rollen:

  • toezichthouder
  • werkgever
  • sparringpartner
  • ambassadeur van de organisatie

Leden ontvangen een vergoeding binnen de kaders van de Governancecode. Meer informatie hierover op de webpagina ANBI-status van RADAR.

Beschikbaarheid

De voorzitter vergadert vijfmaal per jaar met de raad van toezicht als geheel. Periodiek vindt een strategieoverleg plaats met het managementteam en incidenteel wordt de voorzitter uitgenodigd voor bijeenkomsten van de organisatie. Van alle leden van de raad van toezicht wordt gevraagd dat ze tijd investeren in het contact met stakeholders, ontwikkeling en verdieping in thema’s die van belang zijn voor RADAR Inc. Ook vindt regelmatig overleg plaats tussen de voorzitter van de raad van toezicht en de raad van bestuur.

Profiel voorzitter

De raad van toezicht zoekt een ervaren voorzitter die:

  • een staat van dienst heeft in de, voor RADAR Inc. direct of indirect relevante, wereld van (semi)overheden.
  • open en verbindend is.
  • bestuurlijke rust en ervaring brengt en daarbij zicht houdt op het belang van de continuïteit en stabiliteit van de organisatie.
  • zich kan inleven in de directeur-bestuurder en een stimulans is voor de directeur-bestuurder, de ambities van de organisatie en de raad van toezicht.
  • het vermogen heeft om de adviserende en toezichthoudende rol in teamverband uit te oefenen, een eigen bijdrage te leveren aan de discussie en ook de kwaliteit, expertise en inbreng van anderen naar waarde te schatten en effectief te gebruiken.
  • bij voorkeur kennis en ervaring heeft met inclusiviteitsbeleid en de wereld van IDEA (Inclusion, Diversity, Equity, and Access).

Meer informatie

Meer weten over deze functie? Lees dan het uitgebreide functieprofiel.

Meer informatie over de organisaties is te vinden op www.radar.nl, www.art1.nl en www.idemrotterdam.nl. Op de website van RADAR staat meer informatie over de raad van toezicht en de Governancecode.

Heb je inhoudelijke vragen over deze vacature? Neem dan contact op met:

Paul Doop, vicevoorzitter van de raad van toezicht RADAR Inc. via 0650 24 40 58 of p.doop@radar.nl

Herken je je in het profiel?

Dan is je sollicitatie welkom. Stuur je motivatie (de vorm is aan jou) en cv uiterlijk 30 mei 2023 naar sollicitatie@radar.nl. Maak gebruik van een leesbevestiging. Wij hechten veel waarde aan je motivatie. Om die reden nemen wij sollicitaties zonder motivatie niet in behandeling.

Je ontvangt uiterlijk 2 juni inhoudelijk bericht over je sollicitatie. De eerste kennismaking met de raad van toezicht vindt plaats op 6 en 7 juni 2023, de tweede kennismaking is op 13 en 15 juni na 19 uur gepland. Voorafgaand aan het eerste gesprek ontvang je een inhoudelijk informatiepakket.

Bij het werven hebben wij aandacht voor een representatieve afspiegeling van de maatschappij binnen de raad van toezicht.

Cultuursensitief werken binnen het Rotterdamse welzijnswerk

Cultuursensitief werken binnen het Rotterdamse welzijnswerk

In een superdiverse stad als Rotterdam is het belangrijk dat welzijnsprofessionals cultuursensitief werken. Cultuursensitief werken draait om het aansluiten bij de belevingswereld van bewoners. Deze aansluiting is essentieel om het welbevinden van mensen in een kwetsbare situatie te kunnen vergroten. IDEM Rotterdam deed onderzoek naar cultuursensitief werken binnen het Rotterdamse welzijnswerk.

Cultuursensitief werken is noodzakelijk voor een goede communicatie tussen professional en cliënt, wat belangrijk is voor het opbouwen van een vertrouwensrelatie. Zonder de werkwijze bestaat het risico dat professional en cliënt elkaar niet goed begrijpen en dat ondersteuning onvoldoende aansluit bij de belevingswereld van een cliënt. Er is weinig bekend over hoe welzijnsorganisaties en -professionals cultuursensitief werken een plaats geven binnen hun handelen en werkzaamheden. In eerder (landelijk en lokaal) onderzoek was er vooral aandacht voor cultuursensitief werken in de zorgsector.

Dit verkennende onderzoek geeft inzicht in hoe Rotterdamse welzijnsprofessionals cultuursensitief werken en in de wijze waarop binnen welzijnsorganisaties in deze werkwijze wordt geïnvesteerd. Het onderzoek is gebaseerd op interviews met elf Rotterdamse welzijnsprofessionals die werkzaam zijn bij de vier grootste Rotterdamse welzijnsaanbieders: Samen Ondernemend Leren (SOL), Buurtwerk, Wmo radar en DOCK. Daarnaast is er literatuuronderzoek gedaan en zijn gesprekken gevoerd met een aantal experts met relevante kennis over cultuursensitief werken en/of kennis over het Rotterdamse welzijnswerk.

Verslag bijeenkomst ‘Hoe verbreken we de ketenen van het slavernijverleden?’

Verslag bijeenkomst ‘Hoe verbreken we de ketenen van het slavernijverleden?’

De ketenen van de slavernij werden in 1863 verbroken, maar nu – 160 jaar later – worden die ketenen door velen in de samenleving nog steeds gevoeld. Op welke manier is Rotterdam verbonden met het slavernijverleden. Staat dit los van de trots op de koopvaardijgeschiedenis? Bovenal, wat is anno 2023 nodig om discriminatie en racisme tegen te gaan? 

Tijdens de bijeenkomst ‘Hoe verbreken we de ketenen van het slavernijverleden’ op 21 maart 2023 in het Maritiem Museum in Rotterdam kwamen bijna honderd mensen samen om hierover in gesprek te gaan. Na een kort welkom van host Shantie Singh en RADAR-directeur Sjaak van der Linde, kreeg onderzoeker en filmmaker Grace Stelk het podium. 

Grace Stelk maakt film over activistische tante

Stelks presentatie begint met een fragment uit een documentaire waaraan zij werkt. De film gaat over het leven van haar tante drs. Machteld Cairo (1945-2011). Stelk vertelt dat zij al jaren onderzoek doet naar het leven van de Rotterdamse activiste en politica. Cairo streed voor gelijke burgerrechten voor Surinaamse vrouwen en andere achtergestelde groepen. Als Stelk aan het publiek vraagt wie Cairo hebben gekend, gaan er tientallen vingers de lucht in. Dat zovelen haar tante persoonlijk gekend hebben, laat zien hoe groot haar netwerk was. En het maakt de bijeenkomst voor Stelk extra bijzonder. 

‘Tijdens mijn onderzoek heb ik de wereld en de muren waar Machteld tegenaan liep in kaart gebracht vanuit het perspectief van een zwarte vrouw in Nederland in de periode 1980-2010. Het schokkende is dat ondanks het activisme van Machteld en haar cohortgenoten, diezelfde muren anno 2020 nog overeind staan. Als wij als jongere generatie geen lering trekken uit het werk dat de vorige generaties, waaronder Machteld, hebben verricht, dan zijn we gedoemd die geschiedenis te herhalen’.

Wanneer Stelk verschillende bezoekers aan het woord laat, levert dat mooie gesprekken op. ‘Machteld zei altijd dat je elkaar moet kennen, omdat je elkaar nodig hebt om de samenleving vooruit te brengen’, vertelt een bezoeker. ‘Deel de kennis die je hebt over het slavernijverleden niet alleen binnen je eigen kringen, maar ook daarbuiten,’ zegt een ander. En tot slot zei een van de aanwezigen: ‘Het slavernijverleden is niet alleen mijn verleden, het is ons verleden. Als je Nederlander bent, is het slavernijverleden jouw verleden.’

De geschiedenis van het Rotterdamse slavernijverleden

Na de pauze vertelt prof. dr. Alex van Stipriaan over de koloniale geschiedenis van Rotterdam en de doorwerking ervan. Hij was een van de onderzoekers die in opdracht van de gemeente Rotterdam het slavernijverleden van Rotterdam onderzocht. Daar zijn drie dikke historische boeken uit voortgekomen en een publieksversie.

Uit dat grootschalige onderzoek blijkt dat Rotterdam tot in de haarvaten verweven was met slavernij. Denk niet alleen aan rijke kooplieden, slavenhandelaren en scheepsbemanning, maar ook in de stad zelf profiteerden mensen, zoals sjouwers, tabaksfabrikanten, schoonmakers of koffiebranders. En het ging ook veel dieper het land in: de hele Nederlandse economie had profijt van de slavenhandel. Met bijvoorbeeld stoffen uit Helmond gingen Nederlandse schepen naar Afrika, waar de stoffen verkocht werden en tot slaaf gemaakten werden aangekocht. 

Van Stipriaan legt uit dat het trauma van slavernij al begon voordat mensen op plantages werden uitgebuit. Mensen werden in West-Afrika gevangengenomen door tussenhandelaren en gedwongen om honderden kilometers te lopen en dan – soms maandenlang – in een fort te wachten tot ze verkocht werden aan Europeanen. Regelmatig volgde een onmenselijke keuring, de gruwelijke overtocht en de overlevering aan de grillen van de plantage-eigenaar. “Seksuele omgang tussen zwarte en witte mensen was bij wet verboden in die tijd, maar geen wet werd zo vaak door witte mannen overtreden als deze”, aldus Van Stipriaan. 

Nieuwe gemeenschappelijke cultuur voedt verzet

In zijn lezing gaf hij niet alleen de belangrijkste inzichten uit het onderzoek aan, maar sprak hij ook zijn bewondering uit voor de overlevingskracht van de mensen die tot slaaf gemaakt waren. Hoewel zij uit allerlei verschillende gebieden uit Afrika kwamen, met allemaal hun eigen taal, cultuur en gewoontes, wisten zij  als tot slaafgemaakten een gemeenschappelijke cultuur te ontwikkelen. “Ondanks de oppressie van witte mannen en vrouwen, creëerden tot slaafgemaakten hun eigen taal, muziek, eetgewoonten en religie. Deze eigen nieuwe cultuur, deze mentale autonomie, heeft het fysieke verzet tegen slavernij gevoed.” 

Het cultureel verzet van de mensen die tot slaafgemaakt waren was de voedingsbodem voor het fysieke verzet. De Marrons vluchtten de bossen in, Tula leidde een grote opstand op Curacao en anderen vluchtten op vlotten naar Venezuela. En dit zijn nog maar enkele voorbeelden van de vele zwarte mensen die in protest kwamen. 

Langzaamaan werd ook in Nederland verzet van witte mensen hoorbaar. Zo schreven vrouwen van politici een brief aan de koning met het verzoek om de slavernij af te schaffen. Deze vrouwen die zelf geen stemrecht hadden werden niet erg serieus genomen. De repliek van de machthebbers was: zij moesten zich niet met politiek bemoeien. 

‘Witte emancipatie moet nog beginnen’

Ook al werd de slavernij uiteindelijk in 1863 uiteindelijk afgeschaft, de gevolgen zijn nog altijd voelbaar. Van Stipriaan benadrukt dat nazaten van tot slaaf gemaakten al een hele emancipatie hebben doorgemaakt, uit noodzaak. Om te overleven moesten zij hun cultuur in ere houden, de geschiedenis doorvertellen en zich ontdoen van het geïnternaliseerde denken dat witte mensen superieur zijn. 

Volgens Van Stipriaan zijn witte mensen, daarentegen, nog niet eens – of hooguit net – begonnen met de postkoloniale emancipatie. Zij hebben nooit eerder de noodzaak gevoeld om te ontsnappen uit het koloniale denken. Het is dan ook tijd voor witte mensen om de volgende stap te zetten en zich te ontdoen van koloniaal gedachtegoed. 

Wil je op de hoogte blijven van onze bijeenkomsten? Schrijf je dan in voor onze nieuwsbrief.

5 vragen over… cultuur- en diversiteitsensitief werken in het welzijnswerk

5 vragen over… cultuur- en diversiteitsensitief werken in het welzijnswerk

Met sommige cliënten maar geen ‘klik’ vinden, niet durven te vragen naar iemands genderidentiteit of geen grip krijgen op iemands hulpvraag vanwege een taalbarrière: vooroordelen en blinde vlekken kunnen een rol spelen in de hulpverlening, zonder dat professionals zich hier bewust van zijn. IDEM Rotterdam deed onderzoek naar cultuur- en diversiteitsensitief werken in het Rotterdamse welzijnswerk. Onderzoeker Inte van der Tuin beantwoordt vijf belangrijke vragen.

1. Wat is cultuursensitief werken?

Cultuursensitief werken draait om het aansluiten bij de belevingswereld van de cliënt. Het gaat om een brede sensitiviteit voor de mogelijke invloed van cultuur op het leven en problemen van een cliënt. Daarbij is het belangrijk om te beseffen dat cultuur niet statisch is, maar dat er diversiteit en ontwikkeling is binnen culturen. En dat er een nauwe samenhang is met andere kenmerken van iemands identiteit, zoals sekse/gender, leeftijd, opleiding, sociaaleconomische positie en seksuele oriëntatie. Daarom is bewustzijn van je eigen culturele kader en een open en onderzoekende houding bij professionals noodzakelijk voor de werkwijze. In het onderzoek noemen welzijnsprofessionals dat cultuursensitief werken vraagt om oprechte interesse, het stellen van de juiste vragen en zelfreflectie. Dit laatste betekent dat je als professional afstand kunt nemen van je eigen opvattingen en je bewust bent van het feit dat je – net als ieder ander – vooroordelen en blinde vlekken hebt.

2. Waarom geeft IDEM de voorkeur aan het begrip diversiteitsensitief?

Diversiteitsensitief werken betekent dat je je als professional bewust bent van het feit dat mensen verschillende identiteiten hebben, die samenhangen en zich verhouden tot de maatschappelijke norm. En dat je je ervan bewust bent dat wanneer mensen afwijken van de norm en behoren tot een minderheidsgroep, dit invloed heeft op hun (machts)positie. Er zijn veel overeenkomsten tussen cultuur- en diversiteitsensitief werken. Zo vragen deze werkwijzen om dezelfde bewuste, open en onderzoekende houding bij professionals. Alleen de nadruk op cultuur werkt een smalle interpretatie van de werkwijze en daarmee hokjesdenken in de hand. Professionals denken bij het begrip namelijk vooral aan de migratieachtergrond van een cliënt en beschouwen cultuur soms als statisch. Terwijl mensen hun cultuur zelf vormgeven – kijk maar naar de rol van cultuur in jouw eigen leven! Daarnaast ligt er met diversiteitsensitief werken meer nadruk op intersectionaliteit[1] en daarmee ook op machtsongelijkheid.

3. Wat kunnen de gevolgen zijn als er niet cultuur- of diversiteitsensitief wordt gewerkt?

Cultuur- of diversiteitsensitief werken zorgt voor een betere communicatie tussen professional en cliënt, wat belangrijk is voor het opbouwen van een vertrouwensrelatie. Zonder deze werkwijzen bestaat het risico dat professional en cliënt elkaar niet goed begrijpen en dit het bieden van passende ondersteuning in de weg staat. Heel concreet kun je als professional de plank volledig mis slaan in contact met één, meerdere of een groep cliënt(en) en mensen onbedoeld beledigen of in verlegenheid brengen. Geïnterviewde welzijnsprofessionals met kennis over cultuursensitief werken vinden de werkwijze belangrijk binnen het welzijnswerk. Zij zeggen dat de doelen van welzijn, namelijk perspectief bieden aan kwetsbare bewoners en hun kwaliteit van leven verhogen, niet bereikt kunnen worden als professionals niet aansluiten bij de belevingswereld van bewoners. De werkwijze is aan de ene kant belangrijk voor het bereiken van zoveel mogelijk bewoners en aan de andere kant voor het bieden van passende ondersteuning.

4. Hoe weet je als professional of je al diversiteitssensitief (genoeg) werkt? Is er een soort checklist?

Mogelijk heb je in je werk al zoveel ervaring opgedaan met uiteenlopende cliënten en hun problematiek, dat je diversiteitsensitief werkt zonder dat je hier bewust mee bezig bent. Het diversiteitsvlechtwerk van Movisie kun je gebruiken als houvast. Deze methodiek biedt een overzicht van relevante diversiteitsfactoren: https://www.movisie.nl/overzicht-diversiteitsfactoren-sociaal-professionals. Daarbij zijn collega’s – zeker als je een divers team werkt – vast in staat om je een spiegel voor te houden. Dus stel je eens kwetsbaar op en ga het gesprek aan over een casus waarover je wat onzeker bent. Sta jij wel eens stil bij jouw eigen normen, vooroordelen en blinde vlekken en hoe die van invloed kunnen zijn op jouw relatie met cliënten? Juist een collega die minder op je lijkt, kan je ongetwijfeld interessante inzichten geven. Diversiteitsensitief werken vraagt om veel (zelf)reflectie.

5. Wat zijn tips voor professionals om diversiteitsensitiever te gaan werken?

Het is heel belangrijk dat diversiteitsensitief werken onderwerp van gesprek is binnen jouw team en de organisatie als geheel. Diversiteitsensitief werken kun je niet alleen. Het onderwerp dient aandacht te krijgen tijdens teamoverleggen, casuïstiekbesprekingen en intervisie. Geïnterviewde experts noemen een diverse en inclusieve organisatie als een basisvoorwaarde voor de werkwijze. Daarbij is veiligheid weer belangrijk om constructief kritische vragen te kunnen stellen aan elkaar. En ook om jezelf kwetsbaar op te durven stellen wanneer je als professional advies nodig hebt, omdat je bijvoorbeeld niet goed weet hoe je in contact met een bepaalde cliënt of groep cliënten kunt handelen. Besef dat het niet erg is dat je niet alles weet en dat fouten maken erbij hoort. Wanneer je als collega’s al lerend/inclusief samenwerkt, kan het waardevol zijn om ook met cliënten in gesprek te gaan. Van hun ervaringskennis kun je als professional veel leren, bijvoorbeeld over je eigen normen.   

Meer weten?

Op donderdag 13 april 2023 organiseert IDEM Rotterdam een Kennisatelier over diversiteitsensitief werken in het welzijnswerk. Wil je meepraten over dit onderwerp? Deelname is gratis, maar meld je wel even aan.


[1] Een intersectionele benadering maakt inzichtelijk hoe verschillende dimensies van de identiteiten van mensen – zoals gender, etniciteit, sociaaleconomische positie en seksuele oriëntatie – van invloed zijn op hun specifieke ervaringen in de maatschappij. De sociale positie van ieder mens is een complex samenspel van deze dimensies. In dit artikel van IDEM wordt het begrip nader toegelicht: https://idemrotterdam.nl/niemand-is-de-norm/

Deel jouw ervaringen en ideeën over inclusie in het onderwijs

Deel jouw ervaringen en ideeën over inclusie in het onderwijs

IDEM Rotterdam doet onderzoek naar diversiteit en inclusie binnen het voortgezet onderwijs in Rotterdam. Op welke manieren investeren middelbare scholen in inclusie en daarmee in kansengelijkheid? Welke succesverhalen hebben scholen als het gaat om diversiteit en inclusie? En welke uitdagingen komen zij tegen? Deze vragen leggen we voor aan professionals in het onderwijs.

Verschillende experts van Stichting School en Veiligheid, de VO-raad, Stichting de Transformatieve School en een docent uit het netwerk diversiteit en inclusie van de Algemene Onderwijsbond zijn de afgelopen periode geïnterviewd door IDEM-onderzoekers Bauke Fiere en Inte van der Tuin. De gesprekken zijn de eerste stap in het onderzoek naar diversiteit en inclusie in het Rotterdamse voortgezet onderwijs.

Ben jij als docent of teamleider werkzaam in het Rotterdamse voortgezet onderwijs en wil jij (anoniem) jouw ervaringen met ons delen? Neem dan contact op met onderzoeker Teuntje Vosters via t.vosters@radar.nl of 06-44092544.