Fijne feestdagen!

Fijne feestdagen!

In verband met de feestdagen is het kantoor van IDEM Rotterdam van 25 december t/m 3 januari gesloten. Vanaf 4 januari zijn wij weer aanwezig.

Wij wensen u fijne feestdagen en zien u graag terug in het nieuwe jaar.

Voorbij stereotypen – Discriminatie van en beeldvorming over moslima’s  (verslag)

Voorbij stereotypen – Discriminatie van en beeldvorming over moslima’s (verslag)

Moslima’s krijgen bovengemiddeld vaak met discriminatie te maken. Door hun veelal zichtbare identiteit zijn deze vrouwen vaker en eerder doelwit van pesterijen, discriminatie of uitsluiting. Wat zijn de verschillen tussen mannen en vrouwen als het gaat om islamofobie? En wat kunnen we als samenleving doen om inclusiever te worden voor moslima’s? 
  
Tijdens het Kennisatelier ‘Voorbij stereotypen: discriminatie van en beeldvorming over moslima’s’ gingen bijna vijftig deelnemers op donderdag 17 december 2020 online in gesprek over de verschillende vormen van discriminatie en beeldvorming. Op welke terreinen, zoals arbeidsmarkt, ervaren moslima’s vooral discriminatie? Hoe worden moslima’s bijvoorbeeld vaak afgebeeld in de media? Heeft dat invloed op ideeën over emancipatie van moslima’s? En hoe zit het met LHBTQI-moslima’s, waarom horen we hier weinig over?  

IDEM-onderzoek  

Het online Kennisatelier werd afgetrapt door IDEM-onderzoeker Afiah Vijlbrief. Zij gaf een kort voorproefje van de resultaten van een onderzoek dat IDEM in 2020 heeft uitgevoerd naar discriminatie van moslima’s op de arbeidsmarkt. Het definitieve rapport verschijnt in 2021, maar enkele voorlopige resultaten konden alvast gedeeld worden. Het viel de onderzoekers op dat respondenten zich steeds bewuster worden van discriminatie. Hoewel de vrouwen het op het moment zelf niet altijd zo ervaren, benoemen ze hun ervaringen achteraf – met de kennis van nu – vaak als discriminatoir.  

Een van de belangrijke bevindingen was dat stereotypen blijven rondsluimeren en micro-agressies tot gevolg hebben. Er worden opmerkingen gemaakt, die soms heel goed bedoeld zijn, maar beledigend overkomen. Een van de respondenten kreeg bijvoorbeeld regelmatig de vraag of zij is uitgehuwelijkt, alleen maar vanwege het feit dat ze moslima is.  

Meldpunt Islamofobie  

Ibtissam Abaâziz nam als tweede het woord en vertelde over de genderdimensie van islamofobie. Ze is een van de oprichters van Stichting Meldpunt Islamofobie. Bij het meldpunt valt op dat vooral vrouwen doelwit zijn van agressie op straat, en dan met name hoofddoekdragende vrouwen. Zij zijn zichtbaar herkenbaar als moslima, waardoor zij overdag en in de publieke ruimte te maken kunnen krijgen met verbaal of fysiek geweld. Het zogenoemde ‘boerkaverbod’ heeft dat nog beter duidelijk gemaakt. Hoewel de wet neutraal geformuleer is, legt Abaâziz uit, zie je in het debat over het verbod en in de praktijk dat het vooral vrouwen treft. Waar boerkadragende vrouwen voorheen gemakkelijk bij instellingen terecht konden, ook als deze zelf huisregels hanteerden, kan dat nu niet meer.  

Toch hebben ook mannen last van de genderdimensie van islamofobie. Ook zij kampen met vooroordelen, al is het op een andere manier. Islamitische mannen worden volgens allerlei vooroordelen gezien als verkrachters of ‘testosteronbommen’ voor wie (witte) vrouwen niet veilig zouden zijn.  

Beeldvorming in de media  

Fotografe Cigdem Yuksel en adviseur/schrijver Ewoud Butter spraken vervolgens over beeldvorming van moslima’s in de media. Butter geeft kort de geschiedenis weer en geeft aan dat er tot 1989 weinig aandacht is voor moslims in Nederlandse kranten. Met de Rushdie-affaire komt daar verandering in. Na de moord op Theo van Gogh en de opkomst van de PVV is er een duidelijke toename te zien. Vanaf de jaren negentig worden in de kranten maatschappelijke problemen gekoppeld aan de islam, ondanks dat die problemen te maken hebben met sociaaleconomische factoren en niet met religieuze. Een ander opvallend probleem is dat er in de media lange tijd alleen over moslims wordt gesproken en niet met moslims.  

Cigdem Yuksel vertelde over haar onderzoek naar de manier waarop moslima’s op foto’s worden afgebeeld. Ze heeft hiervoor de beeldbank van persbureau ANP doorgespit. Wat krijg je te zien als je de zoekterm ‘moslima’ intypt. Uit haar onderzoek blijkt dat het een erg eenzijdig beeld betreft, waarbij moslima’s veelal van veraf en onherkenbaar in beeld worden gebracht. Het gaat vaak om oudere moslima’s en vrijwel nooit om een jonge islamitische vrouw zonder hoofddoek die aan het werk is, bijvoorbeeld. Ook de zoekwoorden die fotografen aan hun foto’s toekennen zijn problematisch, omdat ze van stereotypen aan elkaar hangen. Hierdoor levert het ANP al dertig jaar lang een eenzijdig beeld van moslima’s aan alle grote media in Nederland.  

Queer en moslim  

Als laatste spreker vertelt Dounia Jari, medeoprichter van Maruf, het platform voor queer moslims, over seksuele- en genderdiversiteit binnen de islam. Een hardnekkig idee is dat als je moslim bent je niet queer kan zijn. Dat is problematisch, omdat het impliceert dat je seksuele gerichtheid een keuze is. Of dat je geloof een keuze is. Queer personen ervaren hierdoor vaak een gevoel van onderdrukking door hun omgeving, dat zowel familie als school of werk kan zijn.  

Deze verschillende identiteiten zijn vooral voor hun buitenwereld niet verenigbaar, omdat intersectionaliteit niet niet begrepen wordt. Veel queer moslims kiezen daarom voor één zichtbare identiteit en hanteren daarmee een vermijdende copingstrategie. Een voorbeeld is dat een persoon op werk vertelt dat zij queer is, maar niet dat ze moslima is.  

De zes sprekers belichtten vier verschillende kanten van de genderdimensie van islamofobie. Het leverde interessante inzichten op voor de deelnemers, waar ze in een break-outroom nog verder over discussieerden. 

Op de hoogte blijven?  

Lijkt zo’n Kennisatelier jou ook interessant en nuttig? Wil je daarom op de hoogte blijven van alle events en bijeenkomsten van IDEM Rotterdam? Meld je aan bij ons netwerk en schrijf je in voor de nieuwsbrief!    

Dounia Jari: “De kracht van jonge moslima’s wordt te vaak niet gezien”

Dounia Jari: “De kracht van jonge moslima’s wordt te vaak niet gezien”

Moslima’s krijgen bovengemiddeld vaak met discriminatie te maken. Door hun veelal zichtbare identiteit zijn deze vrouwen vaker en eerder doelwit van pesterijen, discriminatie of uitsluiting. Maar deze zichtbare identiteit en de stigmatisering die daarmee samenhangt, kan voor queer moslima’s nóg een drempel vormen. IDEM spreekt daarover met Dounia Jari, voorzitter van Stichting Maruf, het platform voor queer moslims.

Stichting Maruf is niet alleen een kenniscentrum omtrent islam en seksuele diversiteit, maar vooral een veilige ontmoetingsplek voor queer moslims. Lesbische, homoseksuele, biseksuele en trans moslims krijgen namelijk te maken met discriminatie om hun etniciteit én hun seksuele gerichtheid of genderidentiteit. “Hun worsteling gaat verder dan een interne dialoog”, legt Dounia uit. “Zij zitten met vragen over hoe ze opgaan in hun omgeving. Moslima’s ervaren vaker geweld dan andere moslims. En wat als je dan ook nog worstelt met je genderidentiteit? Intersectionaliteit in acht nemen is daarom onmisbaar als het om queer moslima’s gaat.”

Valkuil

Stigmatisering is een belangrijke oorzaak van deze worsteling. Zo is de associatie van de islam met anti-homosentimenten problematisch. “Veel mensen begrijpen niet dat je queer kunt zijn én moslim”, vertelt Dounia. “Er zijn bijvoorbeeld mensen die alleen op hun social media uit de kast komen, maar in het echt niet. Vaak volgen er heel veel negatieve reacties. ‘Waarom verlaat je je geloof niet?’ of ‘Waarom negeer je je seksualiteit niet?’ Er wordt heel binair gedacht: je wordt geacht een keuze te maken. Bij Maruf zeggen we: ‘Je hoeft geen keuze te maken.’”

Dounia merkt dat het voor de jongere generatie queer moslims steeds vanzelfsprekender is om geen keuze te maken. “Vorige generaties gingen dood vanbinnen, als ze bij zichzelf ontdekten dat ze niet heteroseksueel waren”, zegt Dounia. “Het voelde alsof jij je moest aanpassen, want de omgeving ging gewoon op dezelfde manier door. Bij de jongere generatie lijkt het andersom te zijn: ‘Ik ben zeker van mijn seksualiteit, dus de omgeving moet zich daar maar op aanpassen.’ De kracht van de jongere generatie, die wordt echt te vaak niet gezien.”

Hoofddoek

De hoofddoek, op welke manier die ook gedragen wordt, blijft een van de redenen waarom moslima’s vaker doelwit zijn van discriminatie of zelfs geweld. “Dat vrouwen – alleen maar omdat ze een hoofddoek dragen – nog altijd worden gezien als onderdrukt, dat is echt een valkuil”, zegt Dounia. Voor sommige queer moslims is de hoofddoek een persoonlijk probleem: “Een persoon die bij Maruf langskwam bleef maar praten over haar hoofddoek, en niet over haar gevoelens”, vertelt ze. “Ze vond het zo lastig om hem te dragen, maar haar moeder vond het niet goed als ze het niet deed. In eerste instantie begreep ik het niet goed, maar na vele gesprekken bleek haar hoofddoek in de weg te zitten van haar genderidentiteit.”

Voor transgender moslims kan de hoofddoek een ander probleem vormen. “De hoofddoek is toch een symbool voor vrouwelijkheid. Mannen dragen immers geen hoofddoek”, legt Dounia uit. “Een trans persoon die vanwege het geboortegeslacht geacht wordt een hoofddoek te dragen, maar zich niet als vrouw identificeert, kan het extra moeilijk vinden om de hoofddoek te dragen. Niet vanwege de religieuze associatie, maar omdat daarmee zijn gender voor hem wordt bepaald.”

Professionals

Probeer van je vooroordelen af te komen. Dat is het belangrijkste advies van Dounia aan professionals. “Als ik trainingen geef, geef ik vaak het voorbeeld van een queer moslima. Haar verschillende identiteiten zorgen voor meerdere gelaagde problemen. Die intersectionele blik probeer ik altijd mee te geven. Erken dat queer moslims bestaan in al hun diversiteit.”

Maruf helpt graag bij deskundigheidsbevordering als het gaat om queer moslims. Dounia: “Hoe ga je bijvoorbeeld om met een collega die queer en moslim is? Of hoe voorkom je microagressies als docent? Organisaties kunnen ons altijd benaderen voor trainingen om kennis te vergroten of handelingsperspectieven te bieden.”

www.maruf.eu

Meer weten?

Dounia is een van de sprekers op het Kennisatelier ‘Voorbij stereotypen – discriminatie van en beeldvorming over moslima’s’. Tijdens dit Kennisatelier gaan we in gesprek over verschillende vormen van discriminatie en beeldvorming. Waar ervaren moslima’s vooral discriminatie? Hoe worden moslima’s bijvoorbeeld vaak afgebeeld in de media? Heeft dat invloed op ideeën over emancipatie van moslima’s? En hoe zit het met LHBTQI-moslima’s, waarom horen we hier weinig over? Lees hier meer en meld je aan! 

RADAR Inc. na jaren van groei in zwaar weer

RADAR Inc. na jaren van groei in zwaar weer

RADAR Inc. (de moedermaatschappij van RADAR, Art.1 en IDEM Rotterdam) is een belangrijke partner voor antidiscriminatie en gelijke behandeling. De tevredenheid over onze dienstverlening door overheden, bedrijfsleven, maatschappelijke organisaties en – niet in de laatste plaats – mensen die discriminatie ervaren, heeft geleid tot een sterke groei van de organisatie. In het huidige klimaat, waarin toenemende aandacht bestaat voor een inclusieve samenleving, is de ervaring en kennis die RADAR Inc. heeft opgebouwd van onschatbare waarde. 

Als nieuwe raad van bestuur (aangetreden op 1 september 2020) moeten we echter ook constateren dat bij de inhoudelijke betrokkenheid van de organisatie minder oog is geweest voor de bedrijfsvoering. Versterkt door de gevolgen van de coronacrisis, constateren wij dat er voor 2021 geen sluitende begroting gepresenteerd kan worden: het tekort valt hoger uit dan de reserves kunnen dragen.

De zorg voor financiële en duurzame stabiliteit heeft daarom momenteel onze hoogste prioriteit. We hebben een onafhankelijk extern bureau de opdracht gegeven om onderzoek te doen naar de factoren die geleid hebben tot de huidige financiële situatie. Daarnaast buigen we ons samen met de raad van toezicht over verschillende toekomstscenario’s. Welke maatregelen dit met zich meebrengt, is in deze fase nog niet bekend. We verwachten medio december meer duidelijkheid te hebben. 

Raad van bestuur 

Beleef mijn leven: documentaire over mensen met psychiatrische achtergrond

Beleef mijn leven: documentaire over mensen met psychiatrische achtergrond

Mensen met een psychiatrische achtergrond lopen tegen allerlei vooroordelen aan. Dat maakt – naast hun ziekte – hun leven soms net even lastiger dan nodig is. Om die stigmatisering tegen te gaan maakt Stichting Corridor een documentaire over mensen met een psychiatrische achtergrond: Beleef mijn leven. We vroegen Geeske Hoekstra van Stichting Corridor er meer over.

Waarom wilden jullie deze documentaire maken?

Stichting Corridor zet zich in voor mensen met een psychiatrische achtergrond. We hoorden van onze cliënten dat zij regelmatig last hebben van stigmatisering. Daar wilden we graag wat tegen doen. Dus ontstond het idee om een documentaire te maken over mensen met een psychiatrische achtergrond, om op die manier stigmatisering tegen te gaan.

Hoe hebben jullie het aangepakt?

We zijn met collega’s en cliënten over stigmatisering in gesprek gegaan. Samen met cliënten hebben we bekeken wat ze zoal meemaken, wat ze vervelend vinden en wat volgens hen de manier is om te voorkomen dat anderen zulke vooroordelen hebben. De cliënten zelf kwamen met het idee voor de documentaire. We hebben eerst zelf twee portretten gemaakt. Daarna zijn we een crowdfundingsactie gestart om er nog twee bij te kunnen maken en er een mooi geheel van te kunnen maken.

Waar liepen deze mensen zoal tegenaan?

Vooral dat ze meteen veroordeeld worden, in plaats van dat er contact gemaakt wordt. Als ze afwijkend gedrag vertonen, dan wordt er heel negatief op gereageerd. Zo vindt iemand het bijvoorbeeld heel fijn om bomen te knuffelen. Als hij dat in een park doet, wordt hij weleens weggejaagd terwijl hij niemand kwaad doet. Een ander voorbeeld is dat iemand een paniekaanval kreeg en dat meteen de politie wordt gebeld. Je kan ook aan diegene vragen of het wel goed gaat. Maar ook breder is het een probleem: bijvoorbeeld dat mensen geweigerd worden voor werk zodra ze horen dat iemand een diagnose heeft. Terwijl het echt geen belemmering hoeft te zijn en je met doorvragen vaak hele goede oplossingen kan vinden.

Enig idee waar de vooroordelen door ontstaan?

Er is te veel angst en te weinig begrip. De gevallen van ‘verwarde mensen’ die je in de media ziet, zijn meestal uit de hand gelopen. Dat zijn mensen die heel erg ziek zijn en behandeling nodig hebben. Veel vaker gaat het goed. Iemand die in zichzelf pratend over straat loopt, wil niet automatisch iemand iets aandoen.

Mensen met autisme, mensen die stemmen horen, of die schizofreen zijn kunnen ontzettend veel als het goed met ze gaat. Af en toe steekt de ziekte de kop op en zijn ze even uit de running, maar daarna krabbelen ze weer op en kunnen dan wél goed functioneren. Bij stichting Corridor ondersteunen we mensen met een psychiatrische achtergrond thuis, bij ons cliëntgestuurde activiteitencentrum kunnen ze dagbesteding uitvoeren en langs komen voor koffie, een praatje of een leuke activiteit. Daarnaast hebben we een opvanghuis en de Vriendendienst, een maatjesproject.

Hoe komen we van onze vooroordelen af?

Probeer contact te maken. Als je iemand op straat in zichzelf hoort praten, hoef je niet per se iets te doen. Je kan wel ‘hallo’ zeggen tegen diegene. Of als iemand een paniekaanval heeft, probeer te vragen wat er aan de hand is. Of je misschien iets voor diegene kan doen? Probeer het positief voor diegene in te vullen en vraag wat diegene nodig heeft. Er kunnen vijf mensen met dezelfde diagnose zijn, maar allemaal net iets andere behoeften hebben. 

Wanneer kunnen we de documentaire zien?

We hopen de documentaire aan het einde van dit jaar af te hebben, maar we zijn nog op zoek naar mensen die willen meedoen. Dus als je een psychiatrische achtergrond hebt en je wil vertellen over de stigma’s waar je mee te maken krijgt, over je mogelijkheden en bezigheden, dan kun je contact met ons opnemen. Het is overigens niet per se nodig dat je begeleiding krijgt of andere zorg ontvangt.

We vinden het ook heel leuk als mensen zelf ideeën hebben over hoe ze de stigma’s willen laten zien. Zo is in een van de portretten door de cliënt geschreven poëzie verwerkt.