Het belang van het ‘voorkomen van huwelijkse gevangenschap’ en van ‘taboes doorbreken’ wordt woensdag 7 september meerdere malen nadrukkelijk onderstreept door Rotterdamse professionals op uiteenlopende terreinen. Zij zijn in het Timmerhuis bijeengekomen als de klankbordgroep van de gemeente, in het kader van de Rotterdamse actielijn ‘schadelijke traditionele praktijken’. Overdracht van kennis en uitwisseling van ervaringen staan vanmiddag centraal. Mariska Jung van IDEM Rotterdam is aanwezig en deelt hieronder een aantal inzichten.  

Wettelijk kader religieuze huwelijken

Esther van Eijk, onderzoeker bij Regioplan, trapt de middag af met een presentatie over religieuze huwelijken: wat zijn het, wat is het Nederlandse wettelijke kader en welke gevolgen kleven eraan in het geval van een scheiding? Esther vertelt dat religieuze huwelijken worden gesloten op een manier die geldt voor een bepaalde godsdienst en dat het burgerlijk huwelijk wordt gesloten voor de Nederlandse wet. In Nederland zijn beide toegestaan, mits het burgerlijk huwelijk gesloten wordt vóórdat een religieus huwelijk plaatsvindt. Onder bepaalde voorwaarden erkent Nederland ook religieuze huwelijken die in het buitenland zijn gesloten. In Nederland zijn er verschillende geloven die een religieus huwelijk kennen. Esther noemt het jodendom, christendom, islam en hindoeïsme.  Belangrijk is dat rechten en plichten die verankerd zijn in de Nederlandse wet, zoals het recht op alimentatie, enkel gelden voor het burgerlijk huwelijk. Kortom, als er slechts een religieus huwelijk is gesloten in Nederland is dit niet alleen onwettig, maar brengt dit ook de bescherming die de wet kan bieden, in gevaar.

Tegelijkertijd geldt dat het sluiten van een religieus huwelijk soms juist meer bescherming biedt dan wanneer dat huwelijk uitblijft. Dit is bijvoorbeeld het geval bij ongedocumenteerde mensen en vluchtelingen. De religieuzen onder hen met een trouwwens, kunnen vanwege het gebrek aan identiteitspapieren niet trouwen voor de Nederlandse wet. De verbintenis die met een religieus huwelijk wordt uitgesproken kan dan van grote symbolische en praktische waarde zijn voor hen en hun omgeving en daarmee ook een vorm van bescherming bieden.

Religieus huwelijk ontbinden: hoe doe je dat?

“Het ontbinden van een religieus huwelijk kan nog een hele klus zijn, afhankelijk van de religie en geloofsstroming daarbinnen”, zo vertelt Esther. Zo maken katholieken en joden de gang naar een speciale rechtbank. In Nederland bestaan er rabbinale en katholieke rechtbanken die zich hiermee bezighouden. Binnen het jodendom kan enkel de man een scheiding initiëren, en katholieken kunnen eigenlijk niet scheiden. Wel kan een katholiek huwelijk nietig verklaard worden, maar daarvoor moet dan eerst aangetoond worden dat het huwelijk vanaf het allereerste begin ongeldig was. Daarentegen kennen protestanten geen aparte religieuze scheiding. Het ontbinden van het burgerlijk huwelijk volstaat.

Scheiden is ook lastig voor moslims in Nederland, wat onder andere te maken heeft met verschillen in tradities in landen van herkomst. Volgens klassiek islamitisch recht kunnen mannen een talaq uitspreken, waarmee de vrouw verstoten wordt. Het is ook mogelijk dat man en vrouw een scheiding overeenkomen, waarbij de vrouw vaak haar financiële rechten moet opgeven. Daarnaast is het in sommige landen mogelijk om een islamitisch huwelijk te laten ontbinden door een religieuze autoriteit of rechtbank, maar die optie kennen wij in Nederland niet. Moslims die religieus gehuwd zijn in het buitenland, moeten dan ook naar een ander land uitwijken om hun huwelijk te laten ontbinden. Ook hindoeïstische Nederlanders kunnen moeilijkheden ondervinden, omdat binnen deze geloofsrichting het eigenlijk helemaal niet mogelijk is om te scheiden.

Huwelijkse gevangenschap

Wanneer is er dan sprake van huwelijkse gevangenschap en hoe verhoudt zich dat tot religieuze huwelijken? Esther legt uit dat er sprake is van huwelijkse gevangenschap wanneer personen tegen hun wil in een huwelijk blijven, omdat het voor hen niet mogelijk is om te scheiden. Slachtoffers hiervan zijn vaak vrouwen. Als we het hebben over de omvang, benadrukt Esther dat de beleving van gevangenschap een belangrijke factor is. Iemand kan op religieus niveau weliswaar niet gescheiden zijn of daar geen mogelijkheden voor hebben, maar daar toch geen problemen van ondervinden. Tegelijkertijd wil dit niet zeggen dat de problemen die iemand wel kan ondervinden door huwelijkse gevangenschap, geen grote schade kunnen veroorzaken en persoonlijk leed berokkenen.

Wat kan de wet doen tegen huwelijkse gevangenschap?

De Nederlandse rechter kan slechts beperkt van betekenis zijn als het op de ontbinding van religieuze huwelijken aankomt, omdat diens rechtsbevoegdheid slechts reikt tot de grenzen van de Nederlandse wet. “Toch werd die afzijdige houding in de jaren ’80 de rechterlijke macht in Nederland iets te gortig”, vertelt Kaushilya Budhu Lal van Meijer Advocaten in haar presentatie. Kaushilya geeft aan dat in die jaren de Hoge Raad zich heeft gebogen over het principiële vraagstuk van religieuze huwelijken. Aanleiding hiervoor was een omvangrijke groep joodse vrouwen die wel hun burgerlijk huwelijk had ontbonden, maar niet hun joodse huwelijk vanwege de weigering van hun man. De uitspraak van de Hoge Raad is complex, maar komt erop neer dat in elke individuele zaak aangetoond moet worden dat de ene partner wordt beschadigd door de weigering van de ander. Pas dan kan de rechter haar bevoegdheden inzetten om de weigeraar te dwingen mee te werken. Dit kan zover gaan als het gevangenzetten van de weigeraar, totdat diegene akkoord gaat.

Kaushilya benadrukt dat de uitspraak een richtlijn is en dus geen algemene regelgeving. Dit betekent dat keer op keer, per individuele casus, advocaten de belangen van hun cliënten bij het al dan niet beëindigen van een religieus huwelijk moeten bepleiten voor de rechter. Zij heeft daarom als tip voor bemiddelende professionals om de financiële belangen van het echtpaar in kaart te brengen. Zodra er op dit gebied een compromis is gesloten, volgt vaak ook de instemming van de weigeraar tot ontbinding van een huwelijk en kan een gang naar de rechter worden voorkomen.

Oplossingen vanuit religieuze gemeenschappen zelf

In een werksessie bespreekt vervolgens een kleinere groep deelnemers wat er al wordt gedaan binnen religieuze gemeenschappen zelf. Zo vertelt gespreksleider Ikrame Faris, beleidsmedewerker bij SPIOR, dat er binnen liberale joodse gemeenschappen een schriftelijk document wordt ondertekend bij het huwelijk. Hierin is een bepaling opgenomen dat niet alleen de man maar ook de vrouw een scheiding kan initiëren. Ikrame Faris kent deze ontwikkeling ook uit een aantal moslimgemeenschappen waarin de vrouw, net als de man, de echtscheiding kan initiëren.

Een aanwezige hindoeïstische geestelijke legt vervolgens uit dat zijn religie geen scheiding kent, omdat het huwelijk zoals vormgegeven in het Westen eigenlijk niet voorkomt binnen het hindoeïsme. Hij verduidelijkt dat binnen het hindoeïsme het huwelijk gericht is op het voortbrengen en opvoeden van kinderen en het bieden van toegewijde zorg in het kader van deze taak: niet per se ‘tot de dood ons scheidt’ zoals het westerse huwelijk dat kent. Ook is binnen het hindoeïsme de inboedel gescheiden, terwijl in het Westen de inboedel vaak gedeeld wordt. De geestelijke geeft aan dat er binnen het Nederlandse hindoeïsme nu een stroming actief is die de invloed van het westerse huwelijk op het hindoeïstisch huwelijk erkent en oplossingen verzint voor problemen die hieruit kunnen voortvloeien. Eén oplossing is dat er steeds vaker voorgesprekken gevoerd worden met aanstaande echtparen om hen te wijzen op de verantwoordelijkheid van een hindoehuwelijk en dat beide partners recht hebben om te scheiden.

‘Kaaskophuwelijk

Tot slot merkt een aanwezige professional op dat zij een ‘kaaskop’ benadering heeft tot trouwen en daardoor in haar werk eerst teveel uitging van ‘kaaskophuwelijken’. Ze licht toe dat zij hiermee bedoelt dat voor haar een huwelijk vooral gaat over een relatie tussen twee personen, waarbij alleen hun belangen gelden. Deze opvatting bemoeilijkte soms haar werk.

Dit is een andere benadering dan bijvoorbeeld een Hindoestaans-islamitisch huwelijk, merkt een andere aanwezige op. Deze aanwezige geeft aan dat huwelijken binnen haar gemeenschap gaan over het sluiten van een verbintenis tussen twee families, daarom wegen er ook andere elementen mee bij een huwelijk of scheiding. De professional beaamt dit verschil en spreekt de noodzaak uit dat iedereen die met religieuze huwelijken te maken krijgt, zich bewust dient te zijn van culturele diversiteit en hiervoor begrip op moet kunnen brengen in zijn of haar werk.

Meer weten?

Voor 27 september organiseert IDEM Rotterdam een Kennisatelier dat geheel gewijd is aan het thema ‘huiselijk geweld in Rotterdam’. Schadelijke traditionele praktijken en gedwongen isolement van vrouwen worden deze middag ook besproken. Het Kennisatelier is een bijeenkomst van vaste stedelijke partners en dit keer ook een aantal organisaties dat op gebiedsniveau werkt. Een verslag van de bijeenkomst zal in het najaar op de website van IDEM Rotterdam verschijnen.

Het onderzoek naar huwelijkse gevangenschap in Nederland, waar Esther van Eijk aan meewerkte, is door Atria beknopt samengevat in de factsheet ‘Wel gescheiden, niet gescheiden?’.