Viel je vraag aan een bezoeker helemaal verkeerd? Schoot een cliënt in de verdediging na een goedbedoelde opmerking? Misschien ging het dan onbedoeld om een micro-agressie. Tijdens het online Kennisatelier ‘Hulpverlener, wat zegt u nu?’ gingen we uitgebreid in op het onderwerp. Belangrijkste conclusie: bijna iedereen is slachtoffer én dader.

Zo’n 45 Rotterdamse professionals kwamen op donderdag 24 februari 2022 online bij elkaar om te praten over micro-agressies in de hulpverlening. Met meer dan vijftig aanmeldingen was het een van de populairste onderwerpen van IDEM ooit. Een belangrijk signaal: Rotterdamse professionals willen graag meer over het onderwerp weten, zodat ze in de toekomst inclusiever kunnen werken.

Wat zijn micro-agressies?

RADAR-trainer Dounia Jari ging als eerste spreker in op de theorie achter micro-agressies. ‘Micro-agressies worden gedefinieerd als de alledaagse, subtiele, onopzettelijke interacties of gedragingen die een soort vooroordeel jegens (vaak) historisch gemarginaliseerde groepen communiceren.’ Het belangrijkste hierbij, legt Dounia uit, is dat de intentie ondergeschikt is aan de impact. Vaak zijn de opmerkingen of gedragingen niet slecht bedoeld, maar is de impact heel groot.

Er worden drie soorten micro-agressies onderscheiden:

  1. Micro-aanval: een verbale of non-verbale discriminerende uiting waarin duidelijk wordt gemaakt dat de ander minder ‘waard’ is. Dit is vaak opzettelijk.
  2. Micro-belediging: een gedraging die ongevoelig en denigrerend is voor iemands identiteit of (migratie)achtergrond.
  3. Micro-ondermijning: een gedraging die bepaalde ervaringen van mensen ontkracht, niet serieus neemt.

  

Hoe maak je micro-agressies bespreekbaar?

 

Belangrijk om te onthouden is dat iedereen wel eens micro-agressies meemaakt, legt Dounia uit. Maar óók dat iedereen – hoogstwaarschijnlijk – wel eens een micro-agressie heeft geuit. De vooroordelen waarop micro-agressies zijn zo diepgeworteld, dat je er bijna niet aan ontkomt. Daarom is het extra belangrijk om ze bespreekbaar te maken. De volgende punten kunnen daarbij helpen:

  • Vraag om verduidelijking: ‘Wat bedoelde je precies met je opmerking?’
  • Scheid intentie van impact
  • Concentreer je op de micro-agressie zelf, niet degene die deze uit
  • Deel eventueel wat je al geleerd hebt

Je eigen (gevoel van) veiligheid is daarbij altijd het belangrijkste. Zoek bondgenoten of ga niet de confrontatie aan als het onveilig is of voelt.

 

Ervaringsdeskundige

Tot zijn 37e kon John Stoop goed zien. Daarna bleek hij trombose aan zijn rechteroog te hebben, later aan zijn linker. Hij werd ‘maatschappelijk gezien blind’. Zijn leven – leuke baan, fijn gezin, net een nieuw huis gekocht – stond op zijn kop. Na een zware periode besloot hij het roer om te gooien. Ondanks zijn visuele beperking, pakte hij het hardlopen op. Inmiddels loopt hij steevast de Roparun met een vast team. ‘Uiteindelijk werd ik gewoon iemand uit het team, in plaats van ‘die blinde hardloper’.

Na 24 jaar visueel beperkt te zijn, laat John de meeste micro-agressies van zich afglijden. ‘Door de jaren heen ontwikkel je een soort teflon-laagje, je krijgt een dikkere huid’, vertelt hij. ‘Je hebt niet altijd de energie om mensen aan te spreken, soms wil je de lieve vrede bewaren. Omdat je in een afhankelijkheidssituatie zit als persoon met een beperking, dan word je wat voorzichtiger in je reacties. Ik probeer er met veel humor mee om te gaan.’

Micro-agressies in de zorg  

Onderzoeker en projectleider discriminatie in de zorg Judith Venderbos van Pharos, het expertisecentrum gezondheidsverschillen, ging als derde spreker dieper in op micro-agressies en gezondheid. Niet alleen komen in de zorg veel micro-agressies voor (zowel van cliënt naar hulpverlener, als andersom), maar ook leiden micro-agressies en andere vormen van discriminatie tot ernstige gezondheidsklachten. Vanuit de literatuur is bekend dat discriminatie onder andere de kans op depressies vergroot, zorgt voor een minder goed werkend immuunsysteem en leidt tot meer vroeggeboortes.

Bij micro-aggressies in de zorg kun je aan de volgende zaken denken:

  • Een gesloten lichaamshouding of minder oogcontact maken;
  • Harder praten en overdreven articuleren;
  • Minder uitleg geven over behandelingsopties door inschatting van intelligentieniveau, maar ook door verwachting minder therapietrouw te zijn;
  • De manier waarop een zorgverlener reageert op ervaren pijn;
  • Ongevoelige uitspraken over ziektebeelden en ervaren ziekte.

Een van de belangrijkste oplossingen is, volgens Judith, meer diversiteit in alle lagen van het zorgpersoneel. Juist ook in de hogere functies is dit van groot belang, zodat inclusie eerder doorsijpelt in de hele organisatie.

Geestelijke gezondheidszorg  

Namens stichting Corridor spraken hulpverlener Annemarie Lisman en ervaringsdeskundige Gert Zantman over micro-agressies in de geestelijke gezondheidszorg. ‘Met andere vrijwilligers heb ik veel voorbeelden van micro-agressies verzameld’, vertelt Gert. ‘En de conclusie was dat het heel erg veel voorkomt.’

Zo wordt aan cliënten met een psychische kwetsbaarheid overdreven vaak gevraagd of ze ‘het begrepen hebben’, als grapje worden tiks nagedaan of er wordt gezegd ‘dat ze gewoon een schop onder hun kont nodig hebben’. De aanname dat iemands psychische kwetsbaarheid invloed heeft op álle aspecten van het leven is funest, weet Gert. Net als bij alle vormen van zorg, is het van groot belang om voorbij de ziekte te kijken. Het gaat om de persoon achter de ziekte, beperking of kwetsbaarheid.

‘Leer van onze kinderen’

Opmerkingen over hoe goed zijn Nederlands is, aannames over zijn geloof en stereotypen over zijn vermeende achtergrond: wijkteammedewerker Hikmet Caynak maakt het allemaal mee in zijn werk. Als laatste spreker deze ochtend benadrukt hij het belang van lessen over inclusie op scholen. ‘Als ik met mijn dochter van 10 over de maatschappij praat, dan merk ik hoeveel ik nog kan leren over inclusie’, vertelt hij. ‘Zij vertelt dat ze op school geleerd heeft over discriminatie, over seksuele gerichtheid, dat het oké is om anders te zijn. Ik denk dat ouders veel kunnen leren van hun kinderen.

In dit interview met IDEM Rotterdam gaat Hikmet nog dieper in op wat hij als wijkteammederwerker meemaakt en hoe hij een rol ziet weggelegd voor de overheid en scholen.

Tips van deelnemers

Tijdens de break-outrooms gingen alle deelnemers in kleinere groepen in gesprek. Hieronder volgt een greep uit de tips die de professionals elkaar gaven: 

  • Oefening om te voelen wat een ander ervaart: Sluier van onwetendheid
  • Event: Van 15 tot en met 17 september 2022 vindt in Rotterdam het World Congress of the World Association of Cultural Psychiatry plaats. 
  • Praktische tip: Kom je op straat iemand tegen die in zichzelf praat? Probeer diegene even uit de situatie te halen met een simpele opmerking, bijvoorbeeld over het weer of een mooie auto die in de straat geparkeerd staat.

Let op: Mensen met een beperking hulp aanbieden kan ook als micro-agressie ervaren worden. Mogelijk krijgt iemand die vraag tientallen keren per dag.