Rui Jun Luong maakte een levensgroot Wie is het-spel met alleen maar mensen met een Aziatische achtergrond. Daarmee wil de kunstenaar en grafisch vormgever laten zien hoe groot de diversiteit onder deze mensen is. Het racisme waar ze zelf al van jongs af aan mee te maken kreeg, triggerde haar activisme.   

Het begon al op de basisschool in Heerenveen, vertelt Rui Jun Luong als ik haar vraag hoe racisme tegen Oost-Aziatische Nederlanders haar raakt. ‘Continu kreeg ik opmerkingen’, zegt ze. ‘Ik had op jonge leeftijd al door dat het racisme was, dat het kwam doordat ik er anders uitzag dan andere leerlingen. Het ging over mijn uiterlijk, of over de lunch die ik meenam naar school. Ik begon me te schamen voor mezelf. Ik wilde een ‘normale’ broodtrommel en pakje drinken mee naar school.’  

Docenten deden niks 

Rui Jun was een van de weinige leerlingen met migratieachtergrond. ‘Ik ben in Vlaardingen geboren, en mijn ouders hebben een Chinese achtergrond. De familie van mijn moeder was een restaurant begonnen in Heerenveen. Mijn moeder werkte daar ook, dus we waren wel bekend in de buurt. Toch maakten leerlingen racistische opmerkingen. Docenten zagen het gebeuren, maar ze deden niks.’ 

Op de middelbare school gebeurde het opnieuw. Toen Rui Jun op een dag een jongen die haar continu belaagde terugkraste, zei een docent ‘eigen schuld’ tegen hem. ‘Toen was het voor mij duidelijk dat de docenten heus wel wisten wat er aan de hand was’, legt ze uit. ‘Maar toch grepen ze niet in als ik gediscrimineerd werd.’  

Ook op het mbo was het weer hetzelfde verhaal. ‘Ik had met heel veel microagressies te maken’, vertelt Rui Jun, ‘al kende ik toen die term nog niet. Tijdens mijn stage was er een andere stagiair uit Twente, die continu rare opmerkingen over me maakte en daar heel hard om ging lachen. Ik heb al mijn moed bij elkaar geraapt en ben naar de stagebegeleider gegaan, de eigenaar van het reclamebureau waar ik stageliep. Hij ging in gesprek met die jongen, maar die ging gewoon door! Wat kan je dan nog doen?’  

Ervaringen delen 

Rui Jun begon haar ervaringen te delen op Facebook. ‘Ik kreeg daar heel veel reacties op en merkte toen hoeveel andere mensen er ook last van hebben’, zegt ze. ‘Door mijn posts heb ik veel mensen online ontmoet, mensen met eenzelfde soort achtergrond als ik. Of mensen die soortgelijk racisme hebben meegemaakt. Ik ging me steeds meer uitspreken over het onderwerp. Een reactie op de Rumag-video met Rene Watzema, waarin hij een willekeurige Aziatische vrouw racistisch belaagt, ging viral. Mijn hele social media ontplofte!’ 

Doordat Rui Jun online zo actief werd, kreeg ze steeds meer berichten van mensen die hun eigen verhaal deelden. Ze besloot een speciale Facebook-groep te maken, zodat mensen met elkaar konden praten en niet alleen met haar. Inmiddels is die groep, Asian Raisins, uitgegroeid tot een volwaardige stichting. ‘Ik hoop dat de stichting nog groter wordt en dat steeds meer mensen zich bewust worden van discriminatie van mensen met een Aziatische achtergrond’, vertelt ze. ‘Ons eerste concrete doel is om ervoor te zorgen dat mensen stoppen met Hanky Panky Shanghai zingen. We zijn lespakketten aan het maken voor scholen, zodat leraren zich ervan bewust worden hoe schadelijk dit is.’  

Rui Jun heeft nog een allerlaatste, allerbelangrijkste tip. ‘Ken je me niet en gaat het niet over werk? Laat me dan gewoon met rust.’   

Meer weten? 

Op donderdag 22 september organiseert IDEM Rotterdam een Kennisatelier over discriminatie van mensen met een Oost-Aziatische achtergrond. Hier laat Rui Jun haar levensgrote Wie is het-spel zien. Kom je ook?