Tijdens de lanceringsbijeenkomst van IDEM op 21 maart 2016 namen 45 vertegenwoordigers van maatschappelijke organisaties, professionals en andere geïnteresseerden deel aan de “Housewarmingsessie Integratie”. Het doel van deze laagdrempelige en interactieve sessie was om prangende onderwerpen te bespreken, signalen over integratie in Rotterdam met elkaar te delen en het opbouwen of uitbreiden van een thema-gerelateerd netwerk te faciliteren.De verzamelde signalen zijn een rijke bron aan informatie voor de Kennisateliers, de Stadsbeelden en andere IDEM-producten en -activiteiten. Hieronder volgt een korte bespreking van de meest belangrijke en opvallende signalen.

Integratie: omstreden begrip

Uit de verzamelde signalen blijkt dat integratie een omstreden begrip is. Een aantal deelnemers benadrukt dat integratie vooral gepaard lijkt te gaan met gedwongen assimilatie, waarbij de verantwoordelijkheid om te integreren volledig op de schouders van de persoon met een migratieachtergrond drukt. De wens om integratie als tweeledig proces voor te stellen, waarbij het gaat om Rotterdam als geheel, wordt uitgesproken.

De meningen zijn vervolgens verdeeld over de doelgroep waarop het woord integratie betrekking zou moeten hebben. Sommigen geven aan dat integratie wel van toepassing is op nieuwkomers en niet op mensen met een migratieachtergrond die al langer in Rotterdam gevestigd zijn. Anderen benoemen juist dat er bij deze laatste groep ook nog een wereld te winnen valt qua integratie en maatschappelijke participatie.

Tot slot vragen deelnemers zich af wanneer iemand zich nog Rotterdammer mag noemen. Er wordt gesignaleerd dat de nadruk op integratie vaak tot verdeeldheid en polarisatie leidt. Het zoeken naar de gemeenschappelijkheid van het Rotterdammer-zijn wordt geopperd als een alternatief voor het wij/zij denken dat met een focus op integratie samen kan gaan.

Nederlandse taal

Het bevorderen van de beheersing van de Nederlandse taal onder Rotterdammers met een migratieachtergrond is één van de speerpunten van het Rotterdamse integratiebeleid. Opvallend is dat de deelnemers aan de housewarmingsessie verdeeld zijn over de relatie van taal tot integratie. Enerzijds wordt er gesignaleerd dat het niet voldoende spreken van de Nederlandse taal een obstakel is voor de participatie van een deel van de Rotterdammers en dat taalprojecten voornamelijk gericht zijn op jonge mensen waardoor er weinig voorzieningen zijn om de taalvaardigheid van oudere migranten in Rotterdam te vergroten.  Anderzijds geven de deelnemers aan dat migranten de Nederlandse taal nooit goed genoeg zullen kunnen spreken om tegemoet te komen aan de maatschappelijke verwachtingen.

Ook signaleren de deelnemers een dubbele standaard: er lijken minder problemen gemaakt te worden van een situatie waarin migranten wel Europese talen spreken, zoals Engels, maar geen Nederlands. Tot slot signaleren de deelnemers dat taalprojecten vaak van relatief korte duur zijn, en dat er vervolgens weinig doorstroommogelijkheden zijn. Dit komt de continuïteit van het leren van de Nederlandse taal niet ten goede. Een gebrek aan doorstroommogelijkheden en begeleiding wordt ook gesignaleerd na afloop van inburgeringcursussen.

Sociale kaart

Veel aanwezigen geven aan dat er een behoefte bestaat om nieuwkomers wegwijs te maken in Nederland, Rotterdam en de wijk. Dit zou het beste bereikt kunnen worden door laagdrempelige voorzieningen in de buurt. Een overzicht van de aanwezige initiatieven en voorzieningen op stedelijk en gebiedsniveau, in de vorm van een sociale kaart, zou helpen om nieuwkomers goed te kunnen begeleiden en om de samenwerking tussen lokale organisaties af te stemmen.